EPI betekent ‘Exocriene Pancreas Insufficiëntie’ bij de hond. Het is een aandoening waarbij de pancreas (= alvleesklier) onvoldoende verterings-enzymen (verteringssappen) en bicarbonaat (dit zit vaak in maagtabletten die het zuur in de maag neutraliseren, waarbij koolzuurgas vrijkomt) maakt met als gevolg een maldigestie (= gestoorde spijsvertering).
Oorzaken
De meest voorkomende oorzaken bij de hond zijn ontsteking van de alvleesklier (acuut of chronisch) en – meestal – een aangeboren vermindering van alvleesklier-weefsel. Deze laatste vorm zie je vaker bij Duitse Herders dan bij andere rassen. Ook auto-immuunziekten worden als mogelijke oorzaak aangegeven.
Verschijnselen
- Gewichtsverlies, ondanks toegenomen eetlust.
- Grote hoeveelheden lichtgekleurde ontlasting. de totale hoeveelheid poep is toegenomen en ook de frequentie van ontlasten.
- Soms diarree, eten van eigen ontlasting en vreemde voorwerpen.
Diagnose
- Faecesonderzoek. Hiermee kan de dierenarts een eerste indruk krijgen van de vertering van vet, vetzuren, zetmeel, spiervezels en de zuurgraad van de faeces. Meestal is de pH (zuurgraad) dus te laag. Een teveel aan vetzuren wijst op onvoldoende opname door de darm.
- Bloedonderzoek. Dit is de meest zekere test. Hierbij neemt de dierenarts wat bloed af bij uw hond en stuurt dit op naar een laboratorium.
De diagnose EPI kan verward worden met een dunne darmaandoening. Om deze reden is een goede diagnostiek erg belangrijk, mede omdat behandeling bij EPI levenslang moet geschieden.
Behandeling
Aangezien er een tekort is aan verteringsenzymen moeten deze als tabletten of poeder worden verstrekt aan het dier. EPI ontstaat meestal door een vermindering of afwezigheid van pancreas-weefsel. Dit betekent dat het dier levenslang medicijnen moet krijgen.
Daarnaast is een aangepast dieet noodzakelijk, met in ieder geval weinig vet. Om het maagdarmkanaal niet teveel te belasten is het belangrijk vaak over de dag kleine porties eten te geven. En bij elke portie de vervangende pancreas-enzymen. Voor een optimale werking raden we aan de enzymen door het voer te mengen en een half uur te wachten met voeren.
Mijn hond reageert niet goed op de behandeling
De oorzaken hiervan kunnen zijn:
- Te lage hoeveelheid substitutie-enzymen.
- Onjuiste verstrekking van deze enzymen. Let erop dat toevoegen aan warme maaltijden (zoals diner) de enzymen onwerkzaam kunnen worden.
- Afwijkende darmflora, zeker als de klachten al lang bestaan. Deze afwijkende flora (bacteriën) is te normaliseren door middel van een antibiotica-kuur.
- Teveel maagzuur. Door teveel maagzuur worden de enzymen soms ook onwerkzaam gemaakt. In dit geval blijkt buffering mat bicarbonaat (zie boven) minder succesvol en daarom kunnen meter maagzuurremmers worden gegeven.